’s
Morgens lekker lang uitgeslapen, lekker ontbeten met gebakken eieren en melk,
spulletjes ingepakt en aan de afdaling begonnen. Tot aan Sittingourne hoeven we
haast niks te doen. We nemen daar een taartje met milshakes en drinken koffie
in een super-Amerikaanse tent. We willen eerst nog even een bioscoopje pikken,
maar dat gaat toch niet door. Dan gaan we naar Sheerness waar we een
tea-lunchroom induiken. Lekker geschranst en in een supermarkt kopen we
sandwiches en nog wat blikjes fris en brood voor de avond. Dan pakken we de
handel in en Bram heeft zoals gewoonlijk weer een voorstel dat door ons wordt
aangenomen: we splitsen ons op om het stadje te bekijken, ik samen met Bram.
Eerst proberen we om bij de haven te komen maar dat kan niet. Dan gaan we maar
naar het strand (nou ja, strand!!) en om vier uur komen we weer bij elkaar en
besluiten om een rustig plekkie op te zoeken aan het water en daar het brood op
te eten. Eerst kopen we nog 4 blikjes en zuipen het gauw op, want het is
stikheet (minstens 25 °C).
Na een leuk plekje te hebben gevonden gaan we een beetje poedelen en met stenen proberen een paaltje te raken.
Na een leuk plekje te hebben gevonden gaan we een beetje poedelen en met stenen proberen een paaltje te raken.
Daarna moeten we een instapkaart halen en twee uur wachten!! Potverdéé, wat een rotzooi! In die lange tijd drinken we nog maar wat in het cafetaria, maar om half negen kunnen we eindelijk aan boord. Daar installeren we de fietsen en zoeken onze hutten op, één voor mama en Bram en één voor Menno en mij. Om kwart over negen gaan we naar buiten om naar het vertrek te kijken. We zouden om half tien vertrekken maar dan komt er nog een tractor met allemaal karretjes aanrijden van een helling af. Opeens rijdt er eentje dwars, de karretjes vallen bijna om. Er is allemaal paniek maar na een half uurtje is alles weer in orde. Dan gaan we, we blijven kijken tot half elf en dan ga ik in bed nog schrijven.
Bob (voor de laatste keer!)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten