zaterdag 30 juli 1983

Een afschuwelijke dag!

We starten met een flinke afdaling naar Stroud. Na vijf kwartier fietsen kom ik bij een T-splitsing en ik weet niet of ik links- of rechtsaf moet. Bram en de jongens zijn nergens te zien en ik ga rechtsaf, rijd een stukje door, wacht bij een rotonde, twijfel weer en ga weer terug naar de T-splitsing. Daar wacht ik twee uur en vraag ondertussen aan passerende automobilisten Bram te waarschuwen. Eindelijk zie ik Bram aan komen lopen! Ze dachten dat ik doorgereden was, maar hoorden van een automobilist dat ik nog in Birdlip Hill wachtte. Gelukkig kon hij een lift krijgen. Wat zijn we blij elkaar weer te zien! Bram gaat terug liften en ik fiets naar de jongens. Daar wachten we op Bram. Die komt maar niet en ik ben bang dat hij het hele stuk moet lopen. Dus gaat Menno hem zonder bagage tegemoet. Na een kwartier komt Bram eraan, toch een lift gekregen. Het is inmiddels half vier geworden en de winkels gaan om zes uur dicht. Dus vertrekken Bram en Niels naar Stow om daar boodschappen te doen en ik wacht op Menno die pas om vijf uur komt aanrijden. Hij had Bram gemist en was veel te ver teruggereden. Nu gaan ook wij richting Stow en komen daar om half zeven aan. Ik kan geen Tourist Information vinden en ga naar het politiebureau. Een agent zegt dat er in Stow geen camping is. Wat nu? Een 'officer' rijdt me rond om naar Bram en Niels uit te kijken, zonder succes. Hij vraagt bij een boerderij of we daar die nacht mogen staan. Dat mag gelukkig. Van de £ 2 die ik bij me heb kopen we ieder een pancake en een glas melk. Op de deur van het politiebureau laat ik een briefje voor Bram achter, want het bureau sluit om acht uur. ’s Avonds krijgen we thee en sandwiches van een meisje dat naast de boerderij woont. Daarna gaan we langs de hotels en pensions in Stow om te vragen of Bram en Niels een kamer genomen hebben. Wij hebben nl. de tenten en zij het geld. Dan zoeken we de tent op en proberen te slapen naast het razende verkeer…
Joke

Inderdaad een afschuwelijke dag! Bij de T-splitsing zag ik staan: Birdlip Hill 16%. We rijden door, maar als Joke na 15 minuten niet komt opdagen zeg ik: “Ik ga wel kijken” en fiets met 42-28 tegen die bult op. Boven geen Joke te zien. Terug naar de jongens en met z’n drieën naar Stow-on-the-Wold. Weer een klim. Menno heeft een inzinking maar gaat toch door! Klasse! Een automobilist stopt en zegt dat Joke nog bij de splitsing staat. Van twee Indiase vrouwen krijg ik een lift. Bij de T-splitsing zie ik Joke staan. Blij elkaar weer te zien! Joke fietst door naar de jongens. Maar het is moeilijk weer een lift te krijgen. Ik sta daar zwetend in de brandende zon op de warmste dag van het jaar! Een boer op het land is bereid me naar de jongens te brengen. Inmiddels is Menno op pad om mij op te sporen. Dus besluiten we dat Niels en ik in Stow boodschappen zullen doen en naar de camping gaan. Niels en ik ‘vliegen’ naar Stow waar we tegen sluitingstijd aankomen. Gauw eten gekocht en op naar de camping waar ik alvast het eten maak. Maar Joke en Menno zijn er nog steeds niet. 
Steve Morris, de buurman, biedt aan samen naar hen uit te kijken. In zijn Ford Escort scheuren we naar de Inn waar we elkaar voor het laatst gezien hebben. De barkeeper vertelt dat ze om vijf uur vertrokken zijn, dus kunnen ze om half zeven in Stow geweest zijn. Inmiddels is het tien uur en we rijden langs het politiebureau waar we Joke’s briefje zien hangen. Goddank alles o.k.! We staken het zoeken en gaan terug naar de camping. Na ieder twee boterhammen rollen we onze slaapzakken uit in de voortent van de caravan van de buren.
Bram

Geen opmerkingen:

Een reactie posten