woensdag 23 mei 1984

Mount Tamalpais State Park

 
Onze tocht vandaag gaat iets meer landinwaarts en voert door zeer verschillende landschappen. Eerst heuvel op, heuvel af, door onmetelijk grote weilanden waarin de sporen van lichte aardbevingen duidelijk zichtbaar zijn. We rijden langs een inham met allemaal vissershaventjes waar oesterkwekerijen zijn aangelegd. In Lagunitas nemen we een uitgebreide lunch zodat we 's avonds alleen brood hoeven te eten. Verder gaat het door Fairfax, San Anselmo en Ross. Grote, drukke plaatsen die in elkaar overgaan, met gezellige winkels. 
Het is intussen kwart voor zeven geworden. Boven op de heuvel staat een bord: Mount Tamalpais State Park - 9 mijl. Na elke bocht blijkt de weg weer te klimmen en de moed zinkt me in de schoenen. Want behalve de bagage torsen we ook ieder een rugzakje met etenswaar. Het uitzicht moet schitterend geweest zijn maar ik kan er niet van genieten. 
Zo tegen 8 uur, na 5 kwartier klimmen, begint het donker te worden en maakt zich een lichte paniek van ons meester. Zonder licht op een bochtige weg zijn we slecht zichtbaar voor langs scheurende auto's. Het huilen staat me nader dan het lachen, maar ineens hoor ik Bram roepen: "We zijn er!"
Na een half uurtje staat de tent en beginnen we aan boterhammen met gebakken eieren. Dan duikt er een man naast ons op, legt zijn spullen op onze tafel, leest de tekst op onze plastic afvalzak en zegt: "Jullie moeten Nederlanders zijn". Hij vertelt dat hij aan de universiteit van Berkeley Nederlands gestudeerd heeft en vier jaar in Nederland gewoond en gestudeerd heeft. Een vreemde knaap, die zonder geld zit en ons maar doorzaagt over $ 4000 die de autoriteiten hem nog schuldig zijn en die maar niet loskomen. Hij warmt een blikje soep op en neemt wat brood en koffie van ons aan.
Joke

Geen opmerkingen:

Een reactie posten